zaterdag 26 januari 2013

Mr. Tourette en ik

Pelle Sandstrak lijdt aan het syndroom van Gilles de la Tourette en dwangstoornissen die tot rituelen leiden.

Van de cover:
... Pelle groeit op in een Noord-Noors dorpje. Als Pelles vader een artikel leest over Gilles de la Tourette herkent hij symptomen van die aandoening in zijn zoon. Maar wanneer hij Pelle meeneemt naar een arts, zegt deze: 'Gilles de la Tourette? Dat hebben we hier niet...'

***

Aanvankelijk denkt men dat Pelle een paranoïde persoonlijkheidsstoornis heeft en hij wordt door de buitenwereld gezien en behandeld als een gek of psychisch gestoord.
Mr. Tourette en ik is een indringend en aangrijpend autobiografisch relaas over een leven met onbedwingbare drang om bepaalde ongecontroleerde (spier)bewegingen en geluiden te maken, de zogenaamde tics. Sandstrek beschrijft hoe hij zich gedurende zijn kinder- en pubertijd staande probeert te houden en zijn arsenaal aan rituelen steeds maar groter wordt. Uiteindelijk raakt hij geheel geïsoleerd, leeft op straat en is uiteindelijk dakloos.

Dankzij cognitieve gedragstherapie zijn zijn dwanggedachtes opgehouden. Soms heeft hij nog wel tics, maar uiteindelijk is het allemaal opgelost.

Zoals gewoonlijk bij mijn boekbesprekingen laat ik de schrijver graag zelf aan het woord.
 Enige quotes:

... Een tyfusgezoem, de voorjaarsvliegen werken me nu al op mijn zenuwen en het voorjaar is nog maar nauwelijks begonnen. De herfst en de winter waren goed, mooi, ze waren vooral koud en droog; lekkere geuren en dode insecten. Maar nu zoemt het weer. Het vroege voorjaar is helemaal niet goed. Ik voel me zwaarder en vermoeider, de mensen babbelen maar door, in de berm stinkt het naar kattenpis en precies op dit moment worden miljoenen voorjaarsvliegen geboren, dood aan alle voorjaarsvliegen... pag. 34

... Ik ben me er niet van bewust, maar toch voel ik dat er schokken door mijn lijf gaan. Vooral door mijn buik. [...] Ik zeg toevallig tomatenkop, vissenpuddingreet of teringmeeuw in plaats van de meer volkse verwensingen als godverdomme, nondeju of eikel. Een gevoel eindigt in een stortvloed van woorden waar maar weinig mensen zich bij op hun gemak voelen... pag. 59

Op school, hij is ongeveer 13 jaar:

... De vechtpartijen zijn eigenlijk niet het ergste, het zijn de geluiden waar ik niet tegen kan. Die vreten aan mijn humeur. Als iemand kauwt, knaagt of smakt, doet het fysiek pijn in mijn rug, hoofd en nek. En ik raak nog meer geprovoceerd als ze de wortel, de appel of de pen naar mij richten, glimlachen en daarna verder kauwen en knagen... pag. 98
... Ik weet niet goed waar ik zelf sta. Dat ik dat niet weet, kan natuurlijk ook een teken zijn dat ik bezig ben gek te worden. Wanneer weet ik dat ik niet gek ben? Misschien wanneer deze gedachten verdwijnen. Gedachten waarover ik aan niemand durf te vertellen, want dan zouden ze misschien alleen maar bevestigen dat ik gek ben en dan moet ik worden opgenomen in een inrichting , maar daar heb je natuurlijk overal bacillen en geluiden, en dan word ik daar juist gek van. Dus hou ik mijn gedachten voor mezelf. Misschien gaat het over. Het gaat vast over... pag. 99

... Na een paar maanden worden mijn gedachten sterker, wordt mijn weerstand minder. Ik begin met mijn hoofd een, twee, drie, vier keer tegen de wc-deur te stoten. Mijn vader en moeder kijken vanuit de keuken naar me, maar kunnen me absoluut niet tegenhouden, ook al proberen ze het wel. Mijn voorhoofd tegen de deur, een, twee, drie, vier keer, beng, beng, beng, beng. Mijn vader pakt me beet, houdt me vast, maar dan blijf ik gewoon met mijn hoofd in het niets stoten. Ik moet slaan, stoten, dreunen, bonken, maar mijn vader klemt me vast in zijn veilige, sterke en provocerende armen. Wanneer hij me na een paar minuten loslaat, ren ik meteen naar beneden, waar ik doorga met het wegstoten van de besmetting, een, twee, drie, vier keer... pag. 136

Dan 'pikt' hij een portemonnee:

...  Ik voel zo'n behoefte om aan dingen te zitten, ze te betasten. Ik word er rustig van, het ontspant me, de prikkel verdwijnt. Maar het overvalt me wanneer ik het helemaal niet verwacht, vooral wanneer ik niét aan de dingen zou moeten zitten. Verveling moet worden bevredigd. Anders kookt ze over. Verveling komt door onrust, herhaling, vaste patronen. De schok door mijn buik bestrijdt de verveling door handeling. Die handeling is gelijk aan de eis die de schok stelt dat ik aan de portemonnee en het leer moet zitten. Het schokt enorm... en ik pak de portemonnee en voel eraan, en ik word rustig. De inhoud van de portemonnee kan me helemaal niet schelen, het geld laat me onverschillig. Het is het gevoel + de geur + het materiaal waar ik warm voor loop... pag. 155

Inmiddels volwassen, woont hij op kamers:

... Zodra ik thuiskom, wordt de dwang en de behoefte om te ritualiseren versterkt, alsof de gewoonten gewoon onder de bank liggen te wachten om toe te kunnen slaan. Wat een paar maanden geleden nog een kamer voor herstel was, is nu een kamer vol kwelling geworden. 
Het komt voor dat ik tegen vier uur 's middags aan een ritueel begin en pas tegen negen uur 's avonds beëindig. Dan heb ik vijf uur voor de wc-deur gestaan, wachtend op een perfecte gelegenheid om over de drempel te stappen, het toiletdeksel omhoog te klappen, pieleman uit de gulp (gulp = drempel) te halen, te plassen (een  twee drie vier vijf pauze + een twee drie vier + vier herhalingen). Daarna weer terug in de broek (gulp = drempel), het wc-deksel naar beneden doen (vier keer) en nog een keer over de drempel stappen... pag. 219/220

... Ik ga niet meer naar de wc - dat scheelt me drie uur ritualiseren. Ik was mijn wijsvinger in het koffiewater of in de plastic emmer. Ik plas en poep in plastic zakken, die ik aan de deurklink hang - dat scheelt me vier uur ritualiseren. De plastic zakken gooi ik later weg, wanneer ik naar buiten ga om te wandelen.
De eerste dagen vind ik het wel een beetje vermoeiend met die voortdurende rioollucht en stinkende urinelucht in mijn kamertje, maar ik raak eraan gewend. Na een paar uur luchten wordt de urinegeur minder. Ik laat de zakken twee, misschien drie etmalen hangen... pag. 246

... Ik blijf bij een winkelraam staan, voor een grote spiegel. Het is lang geleden dat ik mezelf in de spiegel heb bekeken. Ik heb mijn lijf al een tijdje niet meer bestudeerd, niet meer sinds ik naakt op de matras zat samen met die champagnekunstenares. Ik ben veranderd: mijn haar hangt tot op mijn schouders, mijn baard is wat dikker, mijn ogen zijn donker, mijn jas begint er sjofel uit te zien, ik ben behoorlijk mager, ik ruik, maar ik vind niet dat ik stink, dat vind ik absoluut niet... pag. 256  

Voor geïnteresseerden: bij cultuurbewust een interview met de schrijver.
Op you tube vond ik een kort videofragment van Sandstrak:




Pelle Sandstrak
Mr. Tourette en ik
Vertaald uit het Zweeds: Janny Middelbeek-Oortgiesen
Uitgeverij: De Geus, 2010

5 opmerkingen:

  1. hoi es...even onafhankelijk van je schrijven....een groet uit internetloos zandvoort ( te ver voor canta?)
    wegens vorstverlet kunnen we ons huis nog niet in dus verblijven we op een bungalowpark dat gesloten is...heerlijk rustig

    liefs

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Mijn persoonlijke actieradius is ongeveer 40 km heen en 40 terug op een dag. Canta wil en kan veel meer maar met rond de 80 km per dag heb je het wel even gehad.
      Zit je bij het circuit-park in Zandvoort?

      Verwijderen
  2. Bedankt Es, voor deze knappe boekbespreking van dit ongetwijfeld even knap boek dat deze toch wel verschrikkelijke ziekte belicht!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hoe dat brein bij de mens werkt is toch altijd weer een wonder. Vooral wanneer er aangeboren neurologisch iets mis is. Toch kan cognitieve gedragstherapie, mits ervaren therapeut, vaak verhelderend werken.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Heftig Es, zelfs om zulke korte stukjes te lezen. Het leed is voor sommigen verschrikkelijk.

    BeantwoordenVerwijderen