maar het maakt een groot verschil hoe ik over jou denk
vanaf minuut 4.45
maandag 28 januari 2013
zondag 27 januari 2013
DE penis
je zult maar een penisvis zijn, dan ben je mooi de lul
gezien op uitzending gemist:
http://www.nrc.nl/nieuws/2013/01/24/terugkijken-de-penisuizending-van-metropolis-over-pricasso-en-de-boegroe/
gezien op uitzending gemist:
http://www.nrc.nl/nieuws/2013/01/24/terugkijken-de-penisuizending-van-metropolis-over-pricasso-en-de-boegroe/
zaterdag 26 januari 2013
Mr. Tourette en ik
Pelle Sandstrak lijdt aan het syndroom van Gilles de la Tourette en dwangstoornissen die tot rituelen leiden.
Van de cover:
... Pelle groeit op in een Noord-Noors dorpje. Als Pelles vader een artikel leest over Gilles de la Tourette herkent hij symptomen van die aandoening in zijn zoon. Maar wanneer hij Pelle meeneemt naar een arts, zegt deze: 'Gilles de la Tourette? Dat hebben we hier niet...'
***
Aanvankelijk denkt men dat Pelle een paranoïde persoonlijkheidsstoornis heeft en hij wordt door de buitenwereld gezien en behandeld als een gek of psychisch gestoord.
Mr. Tourette en ik is een indringend en aangrijpend autobiografisch relaas over een leven met onbedwingbare drang om bepaalde ongecontroleerde (spier)bewegingen en geluiden te maken, de zogenaamde tics. Sandstrek beschrijft hoe hij zich gedurende zijn kinder- en pubertijd staande probeert te houden en zijn arsenaal aan rituelen steeds maar groter wordt. Uiteindelijk raakt hij geheel geïsoleerd, leeft op straat en is uiteindelijk dakloos.
Dankzij cognitieve gedragstherapie zijn zijn dwanggedachtes opgehouden. Soms heeft hij nog wel tics, maar uiteindelijk is het allemaal opgelost.
Zoals gewoonlijk bij mijn boekbesprekingen laat ik de schrijver graag zelf aan het woord.
Enige quotes:
... Een tyfusgezoem, de voorjaarsvliegen werken me nu al op mijn zenuwen en het voorjaar is nog maar nauwelijks begonnen. De herfst en de winter waren goed, mooi, ze waren vooral koud en droog; lekkere geuren en dode insecten. Maar nu zoemt het weer. Het vroege voorjaar is helemaal niet goed. Ik voel me zwaarder en vermoeider, de mensen babbelen maar door, in de berm stinkt het naar kattenpis en precies op dit moment worden miljoenen voorjaarsvliegen geboren, dood aan alle voorjaarsvliegen... pag. 34
... Ik ben me er niet van bewust, maar toch voel ik dat er schokken door mijn lijf gaan. Vooral door mijn buik. [...] Ik zeg toevallig tomatenkop, vissenpuddingreet of teringmeeuw in plaats van de meer volkse verwensingen als godverdomme, nondeju of eikel. Een gevoel eindigt in een stortvloed van woorden waar maar weinig mensen zich bij op hun gemak voelen... pag. 59
Op school, hij is ongeveer 13 jaar:
... De vechtpartijen zijn eigenlijk niet het ergste, het zijn de geluiden waar ik niet tegen kan. Die vreten aan mijn humeur. Als iemand kauwt, knaagt of smakt, doet het fysiek pijn in mijn rug, hoofd en nek. En ik raak nog meer geprovoceerd als ze de wortel, de appel of de pen naar mij richten, glimlachen en daarna verder kauwen en knagen... pag. 98
... Ik weet niet goed waar ik zelf sta. Dat ik dat niet weet, kan natuurlijk ook een teken zijn dat ik bezig ben gek te worden. Wanneer weet ik dat ik niet gek ben? Misschien wanneer deze gedachten verdwijnen. Gedachten waarover ik aan niemand durf te vertellen, want dan zouden ze misschien alleen maar bevestigen dat ik gek ben en dan moet ik worden opgenomen in een inrichting , maar daar heb je natuurlijk overal bacillen en geluiden, en dan word ik daar juist gek van. Dus hou ik mijn gedachten voor mezelf. Misschien gaat het over. Het gaat vast over... pag. 99
... Na een paar maanden worden mijn gedachten sterker, wordt mijn weerstand minder. Ik begin met mijn hoofd een, twee, drie, vier keer tegen de wc-deur te stoten. Mijn vader en moeder kijken vanuit de keuken naar me, maar kunnen me absoluut niet tegenhouden, ook al proberen ze het wel. Mijn voorhoofd tegen de deur, een, twee, drie, vier keer, beng, beng, beng, beng. Mijn vader pakt me beet, houdt me vast, maar dan blijf ik gewoon met mijn hoofd in het niets stoten. Ik moet slaan, stoten, dreunen, bonken, maar mijn vader klemt me vast in zijn veilige, sterke en provocerende armen. Wanneer hij me na een paar minuten loslaat, ren ik meteen naar beneden, waar ik doorga met het wegstoten van de besmetting, een, twee, drie, vier keer... pag. 136
Dan 'pikt' hij een portemonnee:
... Ik voel zo'n behoefte om aan dingen te zitten, ze te betasten. Ik word er rustig van, het ontspant me, de prikkel verdwijnt. Maar het overvalt me wanneer ik het helemaal niet verwacht, vooral wanneer ik niét aan de dingen zou moeten zitten. Verveling moet worden bevredigd. Anders kookt ze over. Verveling komt door onrust, herhaling, vaste patronen. De schok door mijn buik bestrijdt de verveling door handeling. Die handeling is gelijk aan de eis die de schok stelt dat ik aan de portemonnee en het leer moet zitten. Het schokt enorm... en ik pak de portemonnee en voel eraan, en ik word rustig. De inhoud van de portemonnee kan me helemaal niet schelen, het geld laat me onverschillig. Het is het gevoel + de geur + het materiaal waar ik warm voor loop... pag. 155
Inmiddels volwassen, woont hij op kamers:
... Zodra ik thuiskom, wordt de dwang en de behoefte om te ritualiseren versterkt, alsof de gewoonten gewoon onder de bank liggen te wachten om toe te kunnen slaan. Wat een paar maanden geleden nog een kamer voor herstel was, is nu een kamer vol kwelling geworden.
Het komt voor dat ik tegen vier uur 's middags aan een ritueel begin en pas tegen negen uur 's avonds beëindig. Dan heb ik vijf uur voor de wc-deur gestaan, wachtend op een perfecte gelegenheid om over de drempel te stappen, het toiletdeksel omhoog te klappen, pieleman uit de gulp (gulp = drempel) te halen, te plassen (een twee drie vier vijf pauze + een twee drie vier + vier herhalingen). Daarna weer terug in de broek (gulp = drempel), het wc-deksel naar beneden doen (vier keer) en nog een keer over de drempel stappen... pag. 219/220
... Ik ga niet meer naar de wc - dat scheelt me drie uur ritualiseren. Ik was mijn wijsvinger in het koffiewater of in de plastic emmer. Ik plas en poep in plastic zakken, die ik aan de deurklink hang - dat scheelt me vier uur ritualiseren. De plastic zakken gooi ik later weg, wanneer ik naar buiten ga om te wandelen.
De eerste dagen vind ik het wel een beetje vermoeiend met die voortdurende rioollucht en stinkende urinelucht in mijn kamertje, maar ik raak eraan gewend. Na een paar uur luchten wordt de urinegeur minder. Ik laat de zakken twee, misschien drie etmalen hangen... pag. 246
... Ik blijf bij een winkelraam staan, voor een grote spiegel. Het is lang geleden dat ik mezelf in de spiegel heb bekeken. Ik heb mijn lijf al een tijdje niet meer bestudeerd, niet meer sinds ik naakt op de matras zat samen met die champagnekunstenares. Ik ben veranderd: mijn haar hangt tot op mijn schouders, mijn baard is wat dikker, mijn ogen zijn donker, mijn jas begint er sjofel uit te zien, ik ben behoorlijk mager, ik ruik, maar ik vind niet dat ik stink, dat vind ik absoluut niet... pag. 256
Voor geïnteresseerden: bij cultuurbewust een interview met de schrijver.
Op you tube vond ik een kort videofragment van Sandstrak:
Pelle Sandstrak
Mr. Tourette en ik
Vertaald uit het Zweeds: Janny Middelbeek-Oortgiesen
Uitgeverij: De Geus, 2010
Van de cover:
... Pelle groeit op in een Noord-Noors dorpje. Als Pelles vader een artikel leest over Gilles de la Tourette herkent hij symptomen van die aandoening in zijn zoon. Maar wanneer hij Pelle meeneemt naar een arts, zegt deze: 'Gilles de la Tourette? Dat hebben we hier niet...'
***
Aanvankelijk denkt men dat Pelle een paranoïde persoonlijkheidsstoornis heeft en hij wordt door de buitenwereld gezien en behandeld als een gek of psychisch gestoord.
Mr. Tourette en ik is een indringend en aangrijpend autobiografisch relaas over een leven met onbedwingbare drang om bepaalde ongecontroleerde (spier)bewegingen en geluiden te maken, de zogenaamde tics. Sandstrek beschrijft hoe hij zich gedurende zijn kinder- en pubertijd staande probeert te houden en zijn arsenaal aan rituelen steeds maar groter wordt. Uiteindelijk raakt hij geheel geïsoleerd, leeft op straat en is uiteindelijk dakloos.
Dankzij cognitieve gedragstherapie zijn zijn dwanggedachtes opgehouden. Soms heeft hij nog wel tics, maar uiteindelijk is het allemaal opgelost.
Zoals gewoonlijk bij mijn boekbesprekingen laat ik de schrijver graag zelf aan het woord.
Enige quotes:
... Een tyfusgezoem, de voorjaarsvliegen werken me nu al op mijn zenuwen en het voorjaar is nog maar nauwelijks begonnen. De herfst en de winter waren goed, mooi, ze waren vooral koud en droog; lekkere geuren en dode insecten. Maar nu zoemt het weer. Het vroege voorjaar is helemaal niet goed. Ik voel me zwaarder en vermoeider, de mensen babbelen maar door, in de berm stinkt het naar kattenpis en precies op dit moment worden miljoenen voorjaarsvliegen geboren, dood aan alle voorjaarsvliegen... pag. 34
... Ik ben me er niet van bewust, maar toch voel ik dat er schokken door mijn lijf gaan. Vooral door mijn buik. [...] Ik zeg toevallig tomatenkop, vissenpuddingreet of teringmeeuw in plaats van de meer volkse verwensingen als godverdomme, nondeju of eikel. Een gevoel eindigt in een stortvloed van woorden waar maar weinig mensen zich bij op hun gemak voelen... pag. 59
Op school, hij is ongeveer 13 jaar:
... De vechtpartijen zijn eigenlijk niet het ergste, het zijn de geluiden waar ik niet tegen kan. Die vreten aan mijn humeur. Als iemand kauwt, knaagt of smakt, doet het fysiek pijn in mijn rug, hoofd en nek. En ik raak nog meer geprovoceerd als ze de wortel, de appel of de pen naar mij richten, glimlachen en daarna verder kauwen en knagen... pag. 98
... Ik weet niet goed waar ik zelf sta. Dat ik dat niet weet, kan natuurlijk ook een teken zijn dat ik bezig ben gek te worden. Wanneer weet ik dat ik niet gek ben? Misschien wanneer deze gedachten verdwijnen. Gedachten waarover ik aan niemand durf te vertellen, want dan zouden ze misschien alleen maar bevestigen dat ik gek ben en dan moet ik worden opgenomen in een inrichting , maar daar heb je natuurlijk overal bacillen en geluiden, en dan word ik daar juist gek van. Dus hou ik mijn gedachten voor mezelf. Misschien gaat het over. Het gaat vast over... pag. 99
... Na een paar maanden worden mijn gedachten sterker, wordt mijn weerstand minder. Ik begin met mijn hoofd een, twee, drie, vier keer tegen de wc-deur te stoten. Mijn vader en moeder kijken vanuit de keuken naar me, maar kunnen me absoluut niet tegenhouden, ook al proberen ze het wel. Mijn voorhoofd tegen de deur, een, twee, drie, vier keer, beng, beng, beng, beng. Mijn vader pakt me beet, houdt me vast, maar dan blijf ik gewoon met mijn hoofd in het niets stoten. Ik moet slaan, stoten, dreunen, bonken, maar mijn vader klemt me vast in zijn veilige, sterke en provocerende armen. Wanneer hij me na een paar minuten loslaat, ren ik meteen naar beneden, waar ik doorga met het wegstoten van de besmetting, een, twee, drie, vier keer... pag. 136
Dan 'pikt' hij een portemonnee:
... Ik voel zo'n behoefte om aan dingen te zitten, ze te betasten. Ik word er rustig van, het ontspant me, de prikkel verdwijnt. Maar het overvalt me wanneer ik het helemaal niet verwacht, vooral wanneer ik niét aan de dingen zou moeten zitten. Verveling moet worden bevredigd. Anders kookt ze over. Verveling komt door onrust, herhaling, vaste patronen. De schok door mijn buik bestrijdt de verveling door handeling. Die handeling is gelijk aan de eis die de schok stelt dat ik aan de portemonnee en het leer moet zitten. Het schokt enorm... en ik pak de portemonnee en voel eraan, en ik word rustig. De inhoud van de portemonnee kan me helemaal niet schelen, het geld laat me onverschillig. Het is het gevoel + de geur + het materiaal waar ik warm voor loop... pag. 155
Inmiddels volwassen, woont hij op kamers:
... Zodra ik thuiskom, wordt de dwang en de behoefte om te ritualiseren versterkt, alsof de gewoonten gewoon onder de bank liggen te wachten om toe te kunnen slaan. Wat een paar maanden geleden nog een kamer voor herstel was, is nu een kamer vol kwelling geworden.
Het komt voor dat ik tegen vier uur 's middags aan een ritueel begin en pas tegen negen uur 's avonds beëindig. Dan heb ik vijf uur voor de wc-deur gestaan, wachtend op een perfecte gelegenheid om over de drempel te stappen, het toiletdeksel omhoog te klappen, pieleman uit de gulp (gulp = drempel) te halen, te plassen (een twee drie vier vijf pauze + een twee drie vier + vier herhalingen). Daarna weer terug in de broek (gulp = drempel), het wc-deksel naar beneden doen (vier keer) en nog een keer over de drempel stappen... pag. 219/220
... Ik ga niet meer naar de wc - dat scheelt me drie uur ritualiseren. Ik was mijn wijsvinger in het koffiewater of in de plastic emmer. Ik plas en poep in plastic zakken, die ik aan de deurklink hang - dat scheelt me vier uur ritualiseren. De plastic zakken gooi ik later weg, wanneer ik naar buiten ga om te wandelen.
De eerste dagen vind ik het wel een beetje vermoeiend met die voortdurende rioollucht en stinkende urinelucht in mijn kamertje, maar ik raak eraan gewend. Na een paar uur luchten wordt de urinegeur minder. Ik laat de zakken twee, misschien drie etmalen hangen... pag. 246
... Ik blijf bij een winkelraam staan, voor een grote spiegel. Het is lang geleden dat ik mezelf in de spiegel heb bekeken. Ik heb mijn lijf al een tijdje niet meer bestudeerd, niet meer sinds ik naakt op de matras zat samen met die champagnekunstenares. Ik ben veranderd: mijn haar hangt tot op mijn schouders, mijn baard is wat dikker, mijn ogen zijn donker, mijn jas begint er sjofel uit te zien, ik ben behoorlijk mager, ik ruik, maar ik vind niet dat ik stink, dat vind ik absoluut niet... pag. 256
Voor geïnteresseerden: bij cultuurbewust een interview met de schrijver.
Op you tube vond ik een kort videofragment van Sandstrak:
Pelle Sandstrak
Mr. Tourette en ik
Vertaald uit het Zweeds: Janny Middelbeek-Oortgiesen
Uitgeverij: De Geus, 2010
zondag 20 januari 2013
alles liever dan
alles liever dan
kindergekrijs gedram gemanipuleer gecommandeer
alles liever dan
buurman met een boor- of schuurmachine
zZzZzZzZzZzZzZzZz
alles liever dan
gestamp van bovenbuurvrouw
alles liever dan
vliegtuiggeweld van schiphol bij zuidwestenwind
hoor liever
de krassende kraaienstem
van bob dylan anno 2013
hoor het liefst
blues en rock
scheurende gitaren en rauwe stemmen
jimi hendrix - jeff beck - eric clapton - peter green
frank zappa - joe cocker - tom waits
hoor even lief de klassiekers
die de nodige rust creëren
mozart - schubert - bach
van bloedstollende lamentatie
purcells dido & aenaes
naar algehele rust en stilte
sssssssssssssssss
vandaag voorgedragen bij Eijlders
thema: wat klinkt als muziek in je oren
kindergekrijs gedram gemanipuleer gecommandeer
alles liever dan
buurman met een boor- of schuurmachine
zZzZzZzZzZzZzZzZz
alles liever dan
gestamp van bovenbuurvrouw
alles liever dan
vliegtuiggeweld van schiphol bij zuidwestenwind
hoor liever
de krassende kraaienstem
van bob dylan anno 2013
hoor het liefst
blues en rock
scheurende gitaren en rauwe stemmen
jimi hendrix - jeff beck - eric clapton - peter green
frank zappa - joe cocker - tom waits
hoor even lief de klassiekers
die de nodige rust creëren
mozart - schubert - bach
van bloedstollende lamentatie
purcells dido & aenaes
naar algehele rust en stilte
sssssssssssssssss
vandaag voorgedragen bij Eijlders
thema: wat klinkt als muziek in je oren
zaterdag 19 januari 2013
remise
Vanmiddag waren De Hallen voor het laatst te zien. Einde van een stuk nostalgie: remise Tollensstraat -steenworp afstand van mijn woning- is niet meer.
In de economische hoogtijdagen anno 2004 had producent Harry de Winter de intentie om er een groot uitgaanscentrum van te maken waar ik toen al een column over schreef: oud-west op z'n best Buurtbewoners kwamen destijds massaal in opstand tegen dit megalomane plan gezien de massale toename van mensen en veel overlast.
* citaat: Er zou een bioscoop komen (1000 zitplaatsen), een muziektheater (pseudoniem voor disco: 2500 bezoekers en open tot 05.00 uur), nog wat horeca (3 cafés met nachtvergunning) en een hotel.
Dit feestje ging tot grote opluchting van de buurt niet door.
De Hallen krijgt nu een nieuw leven als een complex met onder meer een bioscoop en een hotel waarbij het historisch aspect behouden blijft.
Er was veel volk op de been om afscheid te nemen. Zelfs koek en sopie waren aanwezig oftewel met uitgehongerde en verkleumde gezichten liep men met zakken frites en koppen koffie.
* citaat Amsterdam Centraal
In de economische hoogtijdagen anno 2004 had producent Harry de Winter de intentie om er een groot uitgaanscentrum van te maken waar ik toen al een column over schreef: oud-west op z'n best Buurtbewoners kwamen destijds massaal in opstand tegen dit megalomane plan gezien de massale toename van mensen en veel overlast.
* citaat: Er zou een bioscoop komen (1000 zitplaatsen), een muziektheater (pseudoniem voor disco: 2500 bezoekers en open tot 05.00 uur), nog wat horeca (3 cafés met nachtvergunning) en een hotel.
Dit feestje ging tot grote opluchting van de buurt niet door.
De Hallen krijgt nu een nieuw leven als een complex met onder meer een bioscoop en een hotel waarbij het historisch aspect behouden blijft.
Er was veel volk op de been om afscheid te nemen. Zelfs koek en sopie waren aanwezig oftewel met uitgehongerde en verkleumde gezichten liep men met zakken frites en koppen koffie.
* citaat Amsterdam Centraal
zaterdag 12 januari 2013
donderdag 10 januari 2013
zaterdag 5 januari 2013
reflectie
in een labyrint
rijk aan alter egootjes
reflecteert het zelf
de echo van het heelal
buigt zich over diep duister
dinsdag 1 januari 2013
Abonneren op:
Posts (Atom)